Ultrafijnstof schadelijker dan fijnstof

UTRECHT - Elke fietser weet hoe het kan stinken, als hij tussen brommers staat te wachten voor een stoplicht bij een drukke weg met langsrazend verkeer. Van vrachtwagens en oude auto’s is bekend dat ze de lucht vervuilen, maar brommers zijn tot nog toe buiten schot gebleven in de discussie over luchtkwaliteit. Brommer is nog vuiler dan vrachtwagen Ten onrechte, blijkt uit metingen van ultrafijnstof door de Fietsersbond. Een vrachtwagen stoot per seconde ongeveer 30 duizend deeltjes per kubieke centimeter uit. Een scooter stoot er per seconde nog iets meer uit, zo’n 35 duizend deeltjes per kubieke centimeter. ‘Brommers zijn al langer verdacht, vanwege hun verbrandingstechniek’, zegt Fred Woudenberg, hoofd afdeling leefomgeving van de GGD Amsterdam. ‘Maar het is verbazingwekkend dat de uitstoot zo hoog is.’ Woudenberg benadrukt dat meer onderzoek nodig is. Maar hij ondersteunt de oproep van de Fietsersbond om de vervuiling door brommers aan te pakken. ‘Brommers leveren een bijdrage aan de uitstoot die schadelijk is voor de gezondheid, dat is wat dit onderzoek laat zien. En daarbij staan brommers ook op het gebied van geluidshinder op nummer 1.’ Fijnstof (PM10), deeltjes in de lucht die kleiner zijn 10 micrometer, is de laatste jaren bekender geworden. Niet alleen vanwege het gevaar voor de volksgezondheid, maar ook vanwege de Europese regels die ervoor zijn gesteld; menig bouwproject is vanwege deze fijnstofnormen stilgelegd. Voor ultrafijnstof (PM0,1), deeltjes die nog veel kleiner zijn, bestaan nog geen specifieke normen. Vooral langs drukke wegen is de concentratie ultrafijnstof hoog: de deeltjes klonteren vrij snel samen, in de eerste 200 tot 300 meter van de weg af, tot ‘gewoon’ fijnstof. De Fietsersbond heeft ervoor gekozen juist dit ultrafijnstof te meten, omdat hiermee het beste is aan te tonen hoeveel directe invloed het verkeer heeft op de luchtvervuiling. Want ‘gewoon’ fijnstof bestaat voor het grootste gedeelte uit zeezout, bodemstof en andere natuurlijke bronnen, en vervuiling die uit het buitenland komt aanwaaien. Nationale milieumaatregelen hebben volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) alleen invloed ‘op de 15 procent fijnstof die we zelf veroorzaken’. Nu blijkt bovendien dat dit ultrafijnstof schadelijker is dan de veel grotere deeltjes ‘gewoon’ fijnstof. ‘Waarschijnlijk omdat de kleinere deeltjes gemakkelijker dieper in de longen kunnen doordringen’, aldus toxicoloog Flemming Cassee van het RIVM. ‘Wij maken ons grote zorgen over de gevolgen van ultrafijnstof.’ Het RIVM doet mee aan internationaal onderzoek naar de invloed van luchtverontreiniging op hart- en vaatziekten en op hersenaandoeningen zoals alzheimer en parkinson. De wetenschappers onderzoeken ook wat het effect is op de gezondheid van die kortdurende pieken van het inademen van veel ultrafijnstof, bijvoorbeeld in verkeerssituaties. Daarover is nu nog veel onbekend. Wel is bekend dat mensen die wonen langs drukke wegen meer luchtwegproblemen hebben, waarschijnlijk vanwege de concentraties ultrafijnstof. ‘Een van de hypothesen is dat cellen in de longen die virussen opruimen, afsterven onder invloed van deze deeltjes’, aldus fijnstofspecialist Bert Brunekreef van de Universiteit Utrecht. Woudenberg van de GGD Amsterdam vindt het daarnaast belangrijk om juist ultrafijnstof te meten, omdat die metingen het effect van het verkeer op de gezondheid benoemen. Nu is er bijvoorbeeld veel protest tegen het plan om auto’s van vóór 1992 uit het Amsterdamse centrum te weren. ‘Dan zeggen liefhebbers van oldtimers: de concentratie fijnstof (PM10) gaat maar zo’n klein beetje omlaag als wij de stad niet meer in mogen. Maar op de concentratie ultrafijnstof (PM0,1) in de lucht hebben vieze auto’s een veel groter effect. Op een autoloze zondag meten wij 40 procent minder ultrafijnstof dan andere dagen. Bron : Volkskrant 28-2-2008